6.7. Bruikbaarheidscriteria#

{zie NEN-EN 1990 bijlage A.1.4.2}

Bruikbaarheidsgrenstoestanden van gebouwen behoren criteria in aanmerking te nemen met betrekking tot, bijvoorbeeld, vloerstijfheid, vloerniveauverschillen, zijdelingse uitwijkingen van verdiepingen en/of van het gebouw en stijfheid van het dak. Stijfheidscriteria mogen zijn uitgedrukt in termen van grenzen voor verticale doorbuigingen en voor trillingen. Zijdelingse uitwijkingscriteria mogen zijn uitgedrukt in termen van grenzen voor horizontale verplaatsingen.

De eis van de maximale doorbuiging is een esthetische eis, terwijl die voor de bijkomende doorbuiging meer een eis van welbevinden is: voelt men zich wel zeker als een ligger teveel doorbuigt. Bovendien kan een te grote \(w_{bij}\) leiden tot schade in op de vloer geplaatste wanden, terwijl ook de afwerklaag van de vloeren zou kunnen scheuren.

Omdat de Eurocode geen doorbuigingseisen bevat, worden de eisen uit de (oude) Nederlandse norm NEN-6702 aanbevolen.

Verticale vervormingen#

Definities van verticale doorbuiging uit NEN-EN 1990 bijlage A.1.4.3

../../_images/Definities_van_verticale_doorbuigingen.png

Symbol

Betekenis

\(w_c\)

zeeg van het onbelaste constructief element

\(w_1\)

aanvangsdeel van de doorbuiging onder de blijvende belastingen uit de van toepassing zijnde belastingscombinatie

\(w_2\)

langetermijndeel van de doorbuiging onder blijvende belastingen

\(w_3\)

bijkomend deel van de doorbuiging ten gevolge van de veranderlijke belastingen uit de van toepassing zijnde belastingcombinatie

\(w_{tot}\)

totale doorbuiging als de som van \(w_1\), \(w_2\) en \(w_3\)

\(w_{max}\)

blijvende totale doorbuiging rekening houdend met de zeeg

\(w_{bij}\)

bijkomende doorbuiging als de som van \(w_2\) en \(w_3\)

De eisen ten aanzien van de verticale doorbuiging uit de Nationale Bijlage bij de EN1990 zijn gegeven in onderstaande tabel.

verticale doorbuigingseis

opmerking

\(w_{bij} \leq 0.003 \cdot l\)

voor vloeren algemeen

\(w_{bij} \leq 0.002 \cdot l\)

voor vloeren die niet-flexibele wanden dragen

\(w_{bij} \leq 0.004 \cdot l\)

voor daken

\(w_{max} \leq 0.004 \cdot l\)

geldt alleen voor vloeren en daken als uiterlijk van belang is

\(^{*}\) Voor uitkragingen kunnen bovenstaande eisen worden gehanteerd waarbij voor l twee maal de lengte van de uitkraging mag worden genomen.

Water accumulatie#

Zelfs als de waterafvoer goed werkt is er een kans op water accumulatie. Om dit te voorkomen moet de dakconstructie stijf genoeg zijn ontworpen zodat er altijd sprake blijft van een positieve helling ter plaatse van het laagste steunpunt. De aanbevolen waarde van de minimum dakhelling is 1.6%.

../../_images/waterschade.jpg
../../_images/dakligger.jpg

Horizontale vervormingen#

De Eurocode specificeert geen eisen aan de horizontale verplaatsingen van vloeren en daken. Daarom worden de eisen uit de (oude) Nederlandse norm NEN 6702 aanbevolen. In onderstaande tabel zijn de eisen ten aanzien van horizontale verplaatsingen van vloeren en daken gepresenteerd.

Zie voor een uitgebreidere toelichting: NEN-EN 1990 bijlage A.1.4.3.

../../_images/Definitie_van_horizontale_verplaatsingen.png

eis

specificatie

\(u \leq \frac{1}{150} \cdot h\)

voor industriële gebouwen met één verdieping

\(u \leq \frac{1}{300} \cdot h\)

voor overige gebouwen met één verdieping

\(u \leq \frac{1}{300} \cdot h\)

voor industriële gebouwen met meerdere verdiepingen

\(u \leq \frac{1}{500} \cdot h\)

voor overige gebouwen met meerdere verdiepingen

zie NEN-EN 1990 bijlage A.1.4.3